Familieboottocht in de Green Canyon
Na een overheerlijk ontbijt in Pangandaran, een kustplaatsje zo’n 300 kilometer van Yogyakarta, namen we een minibusje naar de Green Canyon. Deze plaats is vooral bekend bij locals en zij komen hier in het weekend of tijdens schoolvakanties dan ook naar toe om te genieten van een boottochtje over het heldere, groene water in de mooie omgeving. Wij namen een bootje samen met een Indonesische oma en haar twee kleinkinderen. De oma had een glimlach van oor tot oor en was duidelijk trots op haar gezin. De oudste van de twee wou maar al te graag haar Engels oefenen met ons en vertelde honderduit over haar familie, haar klas, over hoe leuk ze deze boottocht vond en hoe leuk ze het vond om met ons te praten. Wat een schatje! Ook liet ze apentrots haar gsm zien en vertelde ze dat ze thuis internet hadden en dat ze ook facebook had. En of ik met haar facebook-vriendjes wou worden. Ik gaf haar mijn naam door, maar ik denk dat mijn strenge facebookprofiel ervoor gezorgd heeft dat ze mij nooit gevonden heeft… We namen enkele foto’s samen en na onze boottocht namen we afscheid. Eens terug op de kade werden we aangesproken door een man die ons hoorde praten, in het Nederlands! Bleek dat zijn ouders hem wat Nederlands geleerd hadden, als gevolg van het VOI. Echt knap om hem te praten, al voegden we al snel ook wat handgebaren en Engels toe. “Lotte” blijkt hier een soort van grote supermarkt te zijn en toen ik uitlegde dat mijn achternaam wijngaard betekent, vond hij het helemaal hilarisch.Een wazige foto van op het wiebelende bootje.
Giechelende schoolmeisjes in Yogyakarta
Onze laatste dagen op Java brengen we door in Yogayakarta. Een fijne stad en natuurlijk de ideale uitvalsbasis voor een bezoek aan de prachtige Borobudur of nabijgelegen Prambanan tempels. Omdat we de dag nadien een hele ochtendvlucht hebben naar Bali, boeken we een hotelletje vlakbij. Vanuit het centrum van de stad namen we een gewone bus richting luchthaven en we kregen er een sterrenbehandeling. Dan bedoel ik niet dat we niet hoefden te betalen of dat de rode loper voor ons uitgerold werd. Ondanks de verwoede pogingen van de taxichauffeurs om ons toch maar niet de bus te laten nemen, kopen we voor enkele roepies een ticketje en lopen we het draaihek door. Daar staan we dan. In het piepkleine bushokje, met onze backpack op de rug, lekker zwetend, samen met nog enkele tientallen locals. Plots horen we gegiechel en krijgen we de starende ogen in het oog (haha). Een groepje schoolmeisjes bekijkt ons en fluistergiechelt er op los, zoals alleen meisjes dat kunnen. Ik lach en zwaai een keer en plots verzamelt de stoerste van de hoop al haar moed. “Can I take a picture with you?” Ik zeg dat het goed en is dan is het hek van de dam en vallen alle remmen weg. Alle meisjes lopen naar me toe, nemen foto’s, geven me complimentjes over mijn blanke huid (en ik maar mijn best doen om te bruinen) en mijn lange, lichte haren. Ik geef knuffels, lach voor foto’s en krijg gegiechel elke keer als ik iets zeg. Getrek aan mijn arm, geaai over mijn haren en “touch me” omdat ze echt wel mijn arm over zich willen voor de foto. Zo moet pakweg George Clooney zich dus voelen als ie ergens rondloopt. Hoeveel foto’s kan je nemen in tien minuten? Antwoord: zéér veel. Plots komt de bus aan en gaan we samen lekker drummen in de overvolle bus. Nog meer zweten en puffen en daarom moet ik ook zo lachen als ze zeggen “you are so pretty”. Aangekomen bij onze halte, worden we uitgezwaaid door de hele delegatie en lopen we met een grote glimlach op ons gezicht het drukke verkeer in.De leukste chauffeur op Lombok
Onze reis door Indonesië sluiten we af op Lombok. Hier werden we onmiddellijk verrast door het bergachtige landschap en de mooie natuur. Aangezien we hier maar 1.5 dag hadden, hebben we ons hier een prive-chauffeur gezocht. We twijfelde om het te doen omdat het voor ons veel te decadent aanvoelde. Maar het zou wel ontzettend handig zijn om enkele prachtige plaatsen in het noorden te kunnen ontdekken en vervolgens de dag te kunnen eindigen in het zuiden dicht bij de luchthaven waar we de dag nadien aan onze weg terug naar België begonnen. ’s Ochtends komt de vriendelijke Ari ons ophalen en we vertellen hem dat we graag naar de Gunung Gile watervallen willen in het noorden. Hij antwoordt met een glimlach en weg zijn we! Een tocht door de bergen en het woud, de rijstvelden, tabaksplantages en palmbomen. Onderweg stopten we in de Pusuk-bergpas, waar we kennis maken met een hele familie grijze makaken. Kleine boefjes zijn het wel. De kleintjes zijn nog iets banger dan de ouderen, zij deinzen er niet voor terug om het eten in je hand eruit te gristen en het loensend op te eten. Hij legt ons uit hoe het oogsten van een rijstveld werkt en laat ons de tabaksplantages zien. Maar het doel van onze trip waren de Gunung Gile watervallen aan de voet van de Rinjani-berg, met zijn 3000m de tweede hoogste berg in Indonesië. Een wandeling over ongelijke trappen, smalle bosweggetjes, brugjes over het water en al klimmend tussen de rotsen op blote voeten in het water, bracht ons bij de mooie watervallen. Voor we het goed en wel beseften begon de zon onder te gaan. Door de prachtige natuur en de verhalen die Ari erbij vertelde, vloog de dag voorbij. Om hem te bedanken, wouden we dan ook maar al te graag met hem gaan eten. Het was namelijk ramadan en hij had dan ook de hele dag gevast. Toen de zon onderging, stonden er wij dan ook op om zijn werkdag te onderbreken zodat hij (eindelijk?) iets kon eten, onze enige voorwaarde was dat het in een restaurant moest zijn waar hij met zijn familie zou gaan eten. Zo kwamen wij dus terecht in een mooi lokaal restaurant, met enkel Indonesiërs aan de tafels. Wij vielen wat uit de toon met onze stapschoenen, short en smoezelige T-shirt en kozen op goed geluk wat uit de kaart. Op het moment dat we daar samen aten en onze gids ons trots foto’s van zijn kinderen liet zien (en ook dat hij wat met ons lachte omdat wij echt niet goed tegen spicy food kunnen) voelde ik mij echt te gast en een reiziger, in plaats van een toerist. Ik stond erin en niet (meer) er naast of er buiten. Een eenvoudig moment maar het heeft voor mij wel veel waarde. Dit schrijf ik als mijn Riksja Reismoment, hopelijk raak jij geïnspireerd om te reizen naar Indonesië en vindt Riksja mijn verhaal zo leuk dat ik in april de lieve locals in Peru mag gaan ontmoeten. En wie weet kan ik dan ook niet alleen een ervaring van mijn bucketlist vinken, maar ook een nieuw land van mijn scratchmap krassen!