Orang-Oetans spotten in het wild was een van dingen op mijn (zeer lange) wishlist van ervaringen die ik ooit eens wil meemaken. Met nadruk op “in het wild”. Ik ging dus op zoek naar een plek waar ze zeker niet gevoerd worden en waar je toch nog een reële kans hebt om ze te spotten. En tijdens deze zoektocht kwam ik uit bij deze nog onbekende plek: het Deramakot Forest Reserve.
Orang-Oetans komen nog maar in twee regio’s voor: op het eiland Sumatra in Indonesië en op het eiland Borneo, dat deels tot Indonesië en deels tot Maleisië behoort. Ik had het geluk op in het westen van Borneo op twee verschillende plekken ze te kunnen spotten. Ik kon orang-oetans in de Deramakot Forest Reserve Borneo spotten en ook bij de Kinabatangan rivier. Ook hier ziet de natuur af: de jungle op Borneo is met maar liefst 80% gedaald in de afgelopen 30 jaar. Veel jungle wordt er gekapt ter voordelen van de palmolie industrie. Gelukkig zijn er nog regio’s op het eiland waar de natuur beschermd wordt en waar je als reiziger kan bijdragen en kan genieten van de natuur. En zo dus ook Deramakot. Dit gebied kan je niet bezoeken als individuele reiziger en is bovendien ook nog eens lastig te bereiken. Een tour is dus een must en ik boekte een 4 dagen, 3 nachten tour bij LOST Borneo.
Deramakot forest reserve met lost borneo
LOST Borneo biedt zowel drie, vier als vijf dagen tours aan naar Deramakot Forest Reserve. Belangrijk om te weten is dat voor elke tour zowel de eerste als laatste dag reisdagen zijn om in het reserve te raken. Daarom zou ik je afraden om de drie dagen tour te boeken, omdat je dan maar één volle dag in de jungle hebt. Ik deed de vier dagen tour en had dus twee volledige dagen in de jungle en dit vond ik genoeg. Natuurlijk heb je meer kans om dieren te zien als je er meer tijd doorbrengt, maar er zijn slechts twee wegen in het hele domein en je kan dus maar een stukje van een gebied bezoeken.
Dag 1: Route naar en aankomst
De tour start rond 16u in het kleine Telupid Town. Dit dorp heeft een stop op de busroute tussen Kota Kinabulu en Sandakan en voor de busroute via Kinabatangan naar Semporna. Als je geen zin hebt om de bus te nemen, kan je ook een transfer van en/of naar Kota Kinabulu bijboeken bij LOST Borneo.
Op dag één werden we om 9u ’s ochtends opgehaald en reden we naar Telupid. Een waren regelmatig stops voor boodschappen en een lunchstop. In een restaurantje ontmoetten we de rest van het reisgezelschap en vertrokken we richting de eindbestemming. Na een korte rit over de verharde weg en een take-away dinner, reden we al snel een kleinere weg op, omgeven door palmolieplantages. Rond 19u30 kwamen we aan bij de ingang van het Deramakot reserve. Toen waren we er echter nog helemaal niet: van hier reden we nog vier uur in het donker over een hobbelige gravel road (40km). Onderweg spotte we een genet maar nog niet meer.
De accommodatie was ruimer en beter dan verwacht! Het is een voormalige ranger station en bestaat uit drie gebouwen. Twee keer een gebouw met vier kamers voor reizigers en dan een centraal gebouw voor de gidsen. De kamers hebben elk een eigen badkamer en zijn zelfs voorzien met airco! Dat is stiekem wel fijn in de zwoele hitte in de jungle.
Dag 2 en 3: tour in Deramakot Forest Reserve
Na een ontbijtje vertrokken we iets na zonsopgang. Op onze eerste volle dag in gebied was het prachtig mistig. Heerlijk om wakker te worden in een hobbelige 4×4 en de mist te zien optrekken. Tijdens onze morning drive zagen we enkele red-leaf monkeys, makaken, twee gibbons die er snel van door gingen en zelfs twee keer een orang-oetan. Wat een geweldige start voor deze bestemming! Rond de middag kom je weer bij je verblijf en kan je na de lunch nog wat rusten voordat je weer de jeep in stapt voor de sunrise & night drive. Hier hadden we minder geluk, maar we hebben wel enkele vliegende eekhoorns gezien, wat echt een heel cool zicht is. Ze lijken nog het beste op een eekhoorn met een wingsuit aan en ze vliegen gezwind van de ene boom naar de andere. In het donker zagen we nog enkele slow lori’s en boomkikkers. Rond 22u ben je weer op het verblijf. Als je nog puf hebt, kan je nog een uurtje mee op een nachtwandeling waar er aandacht gaat naar insecten, slangen, spinnen en dergelijke.
De derde dag, en dus tweede volle dag in het forest reserve, is hetzelfde als de vorige. Wij zagen op onze ochtendtour veel vogels waaronder de Asian Paradise Flycatcher. Ook zagen we opnieuw een orang-oetan en zagen we ook verse sporen van olifanten. Na de lunch en een namiddagdutje, hadden we één duidelijk doel voor de laatste safari: olifanten spotten! En we hadden geluk: we zagen maar liefst twee keer de pygmy olifanten. Een keer in het licht: een moeder met haar kleintje; en enkele uren later in het donker een kleine kudde. Ook vandaag aten we ons avondeten in een schuilhutje/picknickplaats in de jungle.
Oh en het eten is prima. Je eet zowel ’s middags als ’s avonds warm (uiteraard een variatie van rijst, kip, groentjes en fruit). Het ontbijt is categorie toast broad met confituur of een eitje. Ik zou je aanraden om toch wat snacks mee te nemen aangezien je veel uren in de jeep doorbrengt.
Dag 4: Vertrek
Een extra vroege wekker vandaag, want we hebben weer een lange rit voor de boeg. Voor half zes waren we weg en probeerden we nog wat dieren te spotten op de route naar de gate. We zagen nog een overstekende mongoose en een chestnut-winged babbler voor de vogelliefhebbers. Na vier uur waren we weer op verharde weg en genoten we van een smakelijk ontbijt. Wat later waren we weer in Telupid, vanwaar je weer kan verder reizen naar je volgende bestemming.
Praktische informatie Deramakot forest reserve
Bereikbaarheid
Je bereikt Telupid met de bus of minibus vanaf Kota Kinabulu, Sandakan of Laha Datu. Zelf boekte ik de transfer van LOST Borneo van Kota Kinabulu naar Telupid. Ook nam ik de bus van Telupid naar Mile32, waar de weg opsplitst in een route naar Sandakan of verder naar Laha Datu in het zuiden. De chauffeur van je (mini) bus weet dit zijn. Hier werd ik een uurtje later opgepikt door een chauffeur van ons verblijf in Kinabantangan in Sukau. We hadden namelijk nog geen genoeg gekregen van de dieren en natuur van Borneo. Mocht je liever je tour nog verlengen: LOST Borneo biedt ook tours aan naar Kinabatangan, Imbak Canyon, Maliau basin en Danum Valley. Je boekt de tour door hen te contacteren via hun website. Na ongeveer een dag zal je antwoord hebben en de betaling regelde ik via Wise.
Wat moet je meenemen?
Belangrijk om te weten is ook dat je geen wifi en ook nauwelijks telefoonbereik. Ik had een Airalo E-sim die prima werkte doorheen Borneo, maar amper een blokje bereik opleverde in de jungle. Voor mij was dit eigenlijk juist te bedoeling, dus ik vond dit helemaal prima. Net zoals bij de meeste safari– of natuurbestemmingen in de tropen moeten zonnecrème, zonnebril en een pet of hoedje zeker mee, net zoals Deet of andere muggenspray. Het is er hot and sweaty dus doe losse en luchtige kleding aan.
Wat ik ook nergens las, is dat Deramakot Forest Reserve omgeven is door houtkap bedrijven en palmolieplantages. Het oerwoud werd hier echter nog echter net gered, maar er is wel een samenwerking met een houtkap bedrijf. Zij kappen er nu wel al enkele jaren niet meer, maar je ziet wel nog bepaalde plekken waar je duidelijk jonger bos ziet dan elders. Maar vergis je niet: het oerwoud in Deramakot is oud en torenhoog. Het reserve bestaat uit een combinatie van oerbos (primary rainforest) en secundair bos (secundary rainforest), dat ontstaat na het eenmalige kappen van de grootste bomen. Dit waren zonder twijfel de hoogste bomen die ik in mijn leven zag, ze tikten vlotjes de 50 meter en hoger aan.
Wat kost een tour naar Deramakot Forest Reserve?
De tour is prijzig, net zoals bijna alle activiteiten op Borneo. Deramakot Forest Reserve ligt afgelegen en er mogen ook maar een twintigtal mensen per dag het gebied binnen. Reken op zo’n 500 euro per persoon voor vier dagen. Echter is dit nog steeds de meer budgetvriendelijke plek, een tour naar bijvoorbeeld Danum Valley is zo minstens de helft duurder. De goedkoopste plek voor orang-oetans te (proberen) spotten in het wild is Kinabatangan river. Zo is bijvoorbeeld Sukau veel makkelijker bereikbaar en hier heb je enkele backpackersplekken waar je voor ongeveer 150 euro een driedaagse tour kan doen.
Zelf bezocht ik zowel Deramakot als Kinabatangan en de ervaring op beide plekken is totaal anders. Ik spotte maar liefst vier keer orang-oetans in Deramakot Forest Reserve en zag enkel een harige arm in Kinabatangan. Ook zag ik twee keer olifanten in Deramakot en niet in Kinabatangan. Maar ik zag wel meer dieren in totaal tijdens de boottochten in Kinabatangan dan in de torenhoge bomen van Deramkot. En zoals altijd: het zijn wilde dieren dus je weet nooit wat je gaat zien. Ik vond het zelf ideaal om beide plekken te bezoeken omdat de ervaring er complet anders is.